Vloerverwarming: Voordelen en Nadelen, Opbouw en Kostprijs

Published by Christophe on

Elke techniek heeft voordelen en nadelen, zo ook vloerverwarming.

Vloerverwarming is populair vanwege de gelijkmatige warmteverdeling en de aangename straling. Je hoeft daarbij ook geen radiatoren meer in de leefruimte te plaatsen. 

Makkelijk toch? Maar hoe weet je of vloerverwarming voor jou wel het ideale systeem is?

Elke manier van verwarmen, ook vloerverwarming, heeft namelijk voordelen en nadelen. Daarom kan je hier alle informatie omtrent vloerverwarming vinden. De voordelen EN ook de nadelen. 

Zo gaan we het hebben over de verschillende aspecten van vloerverwarmingen, welke verschillende systemen er bestaan, waar je moet op letten bij installatie en tenslotte een eerste hulp bij eventuele problemen.

Alle onderwerpen over de voordelen en nadelen van vloerverwarming in één oogopslag:

Rendement, temperatuur en werking vloerverwarming

Vloerverwarming bestaat uit watervoerende leidingen in de vloeropbouw van een ruimte. 

Wanneer de vloerverwarming in werking is, stuurt een pomp water door de leidingen in de vloer dat door de ketel wordt opgewarmd. Deze brengen de vloer eerst op temperatuur. De massa van de vloer warmt vervolgens de hele ruimte op.

De oppervlaktetemperatuur van vloerverwarming is technisch beperkt. Dit heeft te maken met de gebruikte materialen voor de vloer. Een tegelvloer kan scheuren als de temperatuur van de vloerverwarming te hoog oploopt. Hierdoor is ook het verwarmingsvermogen beperkt. 

Tegelijkertijd voelt die lage temperatuur aan als zonachtige straling komende van de vloer en zorgt zo voor een bijzonder aangenaam gevoel. De werking op lage temperatuur zorgt voor een zeer hoog rendement bij condensatieketels en warmtepompen. 

Vloerverwarming bestaat uit buizen die warm verwarmingswater door de vloer voeren. De vloer absorbeert de getransporteerde warmte en geeft deze met een tijdvertraging af aan de ruimte erboven. Isolatie van onderaf zorgt ervoor dat het verwarmingssysteem geen energie verliest aan de ondergrond of onverwarmde ruimtes. 

Vloerverwarming is in principe geschikt voor bijna alle nieuwe en oude gebouwen. Het is echter belangrijk om te weten dat het beperkte vermogen in niet gerenoveerde oude gebouwen niet altijd voldoende is. Een warmteverliesberekening is dan zeker nodig.

De voordelen en nadelen van vloerverwarming

In tegenstelling tot conventionele radiatoren brengt vloerverwarming dus warmte in de ruimte volledig onder de vorm van straling. De zonachtige warmtestraling gaat rechtstreeks van warme vloeren naar vaste lichamen en zorgt voor een hoog thermisch comfort.

Dit voelt niet alleen beter, maar helpt ook om verwarmingskosten te besparen. Door de warmte uit te stralen creëer je een hogere gevoelstemperatuur. Zo kan je de luchttemperatuur met één tot twee graden verlagen zonder verlies van comfort.

Vloerverwarming werkt ook met lagere aanvoertemperaturen. In tegenstelling tot radiatoren, waar het verwarmingswater vaak minstens 60 graden Celsius nodig heeft, is 35 graden Celsius in de ketel al voldoende.

Dit bespaart niet alleen energie, het is ook perfect voor het gebruik van hernieuwbare energieën. Nieuwe technieken zoals thermische zonne-energie of een warmtepomp werken het best in combinatie met vloerverwarming.

Er is ook geen nood aan extra radiatoren als de gebouwschil voldoende is geïsoleerd. Daardoor benut je de beschikbare ruimte maximaal.

Met vloerverwarming kan je ook ruimtes afkoelen tijdens de warme zomermaanden. Dit zorgt ervoor dat deze ruimtes, ongeacht welk seizoen, steeds voorzien zijn van een aangenaam klimaat.

Daarnaast kan wandverwarming de perfecte aanvulling vormen, bijvoorbeeld om kleinere oppervlaktes (bv. badkamer) een aangename temperatuur te geven.

Er is ook een hygiënisch voordeel doordat er geen stof opgehoopt wordt, zoals bij een conventionele verwarming.

Door de grote massa van de vloer duurt het echter altijd even voordat de warmte daadwerkelijk de ruimte bereikt. Een nadeel dat conventionele radiatoren niet hebben. 

De inertie van de massieve vloerconstructies zorgt er ook voor dat vloer warmte blijft afgeven, ook als de ketel al lang is uitgeschakeld. Dat kan een nadeel zijn in de tussenseizoenen wanneer de zon plots komt binnen schijnen.

Naast het reeds beschreven verwarmingsgedrag moet je ook de hogere installatiekost in overweging nemen wanneer je voordelen en nadelen van vloerverwarming afweegt.

De verschillende opbouwsystemen van vloerverwarming

Bij de installatie van vloerverwarming maakt men een onderscheid tussen verschillende installatiesystemen met elk hun voordelen en nadelen. Dit zijn het natte systeem, het droge systeem en het freessysteem.

Nat systeem

In de meeste gevallen opteert men voor dit systeem. Zeker in het geval van nieuwbouw, maar ook bij renovaties indien de structuur van het gebouw dit toelaat.

In het nat systeem heb je eerst de isolatielaag. De isolatielaag kan bijvoorbeeld gespoten worden of uitgevoerd worden met vaste isolatieplaten met een tand-groef systeem. Belangrijk is dat men de isolatielaag mooi vlak afwerkt. 

Bovenop de isolatielaag legt men dan de verwarmingsbuizen.

Het leggen van de buizen kan via bepaalde patronen. De twee meest voorkomende zijn:

  • Het meanderpatroon:
    bij dit patroon worden de buizen in een slangvorm neergelegd. Dit is de eenvoudigste manier om vloerverwarming te plaatsen.
  • Het slakkenhuispatroon:
    de aanvoer- en retourbuis worden naast elkaar in een spiraal gelegd. Dit zorgt voor een gelijkmatige verdeling van de warmte over de totale oppervlakte.

In huishoudelijke toepassingen legt men de vloerverwarming meestal met een buis van diameter 16 mm met een maximale afstand van 100 meter per kring. 

In grotere projecten neemt men grotere buisdiameters. Met een hogere diameter is er minder weerstand per lopende meter en worden langere kringen met hetzelfde drukverlies gemaakt.

De afstand tussen de buizen, ook wel pasafstand genoemd, bepaalt het vermogen en de oppervlaktetemperatuur. De vloerverwarming kan gelegd worden met pasafstand van 10, 15, 20 of 25 cm tussen de buizen.

Hoe kleiner de pasafstand, hoe kleiner de aanvoertemperatuur mag zijn. Dit is vooral een interessant gegeven bij warmtepompen waar de vertrektemperatuur zeer sterk bepalend is voor het rendement.

Let ook op, hoe kleiner de pasafstand, hoe kleiner de oppervlakte wordt per kring vloerverwarming. Bij een pasafstand van 10 cm wordt dit bijvoorbeeld maximaal 10 m².

Ook voor het vastleggen van de buizen heb je verschillende systemen. 

Je kan hiervoor gebruik maken van noppenplaten waar je eenvoudigweg de buizen tussen de noppen duwt zonder extra gereedschap.

Je kan ook met tackernagels en bijhorend tackerapparaat de buizen vastleggen in de isolatie. Het is een veelgebruikt systeem om grote oppervlakken te voorzien van vloerverwarming. 

Tenslotte heb je nog andere systemen. Waaronder ook vernuftige en snelle klittenbandsystemen.

De buis hecht eenvoudig aan de verlegmat. Correcties kunnen makkelijk en snel worden uitgevoerd.. Ook hier zijn geen speciale gereedschappen nodig.

De klittenband houdt de buis op zijn plaats ook wanneer de chape achteraf gegoten wordt.

Vloerverwarming voordelen en nadelen doval

Wanneer alle buizen gelegd zijn wordt de dekvloer gegoten. Via de dekvloer komt de warmte in de ruimte.

Een randisolatiestrook zorgt er ook voor dat de afgewerkte vloer na de installatie kan bewegen en dat er geen temperatuurgerelateerde schade optreedt. 

De installatie van vloerverwarming in een nat systeem is altijd een optie voor nieuwbouw. In oude gebouwen moet men echter opletten dat het grote gewicht van de dekvloer geen problemen veroorzaakt omtrent stabiliteit. Zo zijn oude houten gewelven niet altijd bestand tegen de belasting van de massieve dekvloer.

Droog systeem

Een alternatief voor het natte systeem is het droge systeem. Deze kan men ook op een bestaande geprefabriceerde vloer installeren en vereist slechts een zeer slanke bouwhoogte. 

De systemen bestaan meestal uit geïsoleerde steunplaten voor de verwarmingsbuizen. 

Door de relatief lichte constructie reageren droge systemen veel sneller op veranderende temperatuureisen. Ze verwarmen kamers sneller bij warmtevraag en geven minder warmte af tijdens de tussenperiodes.

De installatie van vloerverwarming in een droog systeem is met name geschikt voor oude gebouwen met beperkte bouwhoogte. In vergelijking met natte systemen is het gewicht per oppervlakte-eenheid beduidend lager. De installatiehoogte wordt ook sterk beperkt.

Freessysteem

De installatie in het freessysteem biedt nog een mogelijkheid om vloerverwarming in een oude gebouw te integreren. In dat geval freest men kleine geulen in de bestaande dekvloer waarin ze vervolgens de verwarmingsbuizen leggen. Zodra de sleuven zijn gesloten, is het vloerverwarmingssysteem snel klaar om af te werken met de nieuwe tegels.

Hoewel de installatie van de vloerverwarming in het freessysteem snel verloopt, zijn hier enkele voorwaarden aan verbonden. Zo moet bijvoorbeeld de bestaande dekvloer overal intact, vlak en minstens vier centimeter dik zijn. Het voordeel is ook hier dat de vloerverwarming sneller zal reageren op de vraag naar warmte.

Als het gaat om een nieuw vloerverwarmingssysteem zijn veel huiseigenaren geïnteresseerd om te weten welke vloerbedekking geschikt is. Tegels in combinatie met vloerverwarming kiest men het meest. Je kan echter ook kiezen voor andere vloerbedekkingen.

Het is belangrijk om tijdig te beslissen. Keramische vloerbedekkingen zullen de warmte van de vloer nauwelijks tegengaan. Bij parket of tapijt moet je meer aandacht schenken.

Andere vormen van oppervlakteverwarming

Als men spreekt over de voordelen en nadelen van vloerverwarming, denk je automatisch steeds dat de vloer de enige mogelijkheid is. Maar wist je dat er ook andere vormen van oppervlakteverwarming zijn?

Als je vloerverwarming op de muur installeert, spreekt men namelijk van wandverwarming. 

In tegenstelling tot vloerverwarming legt men de buispiralen echter meestal niet in de structuur van de wand, maar op het oppervlak. Achteraf bedekt men de buizen met een laag gips of cement.

Wandverwarming reageert sneller op veranderende temperatuureisen en de montagepositie biedt een zeer goede bescherming tegen vocht en schimmel op anders koele buitenmuren. 

Zorg er voor dat je interieur (meubels of kasten) de uitgestraalde warmte niet belemmeren.

De functie en installatie van een plafondverwarmingssysteem is vergelijkbaar met die van een wandverwarmingssysteem. 

Bij paneelverwarming gebruikt men buisrollen met speciale draagmatten of geprefabriceerde droge bouwelementen.

Een groot voordeel van plafondverwarming is dat de lucht onder het plafond meestal stilstaat. Hierdoor bereikt men het hoogste stralingspercentage.

Kostprijs van vloerverwarming

De kosten voor vloerverwarming zijn afhankelijk van de installatietechniek en of het over nieuwbouw of renovatie gaat. 

Bij natte systemen in nieuwbouw variëren de prijzen tussen de 30 en 35 euro per vierkante meter.

Renovaties waarbij de bestaande dekvloer moet verwijderd worden zijn een stuk duurder. Hier moet men rekening houden met 60 tot 70 euro per vierkante meter. 

Iets minder duur daarentegen zijn frees- en renovatiesystemen. Afhankelijk van de regio en de lokale situatie kosten deze tussen de 40 en 45 euro per vierkante meter. 

Eerste hulp bij problemen

Merk je dat de vloer niet warm wordt? Panikeer dan niet meteen. 

Dit kan verschillende oorzaken hebben en hoeft niet meteen tot dure reparaties te leiden. 

Controleer eerst de vanzelfsprekende zaken. Is de ketel in werking en is de verwarmingsfunctie ingeschakeld? Staat de thermostaat aan?

Verschijnt er echter een foutmelding op de ketel, dan neem je best even contact op.

Als de leidingen lekken en het systeem water verliest, is het belangrijk om de bron van het lek op te sporen. Omdat natte plekken onder de vloerbedekking zelden zichtbaar zijn, helpen andere methoden om de schade vast te stellen en te lokaliseren.

Een andere reden voor het verwarmen van koud blijvende oppervlakken kan een defecte verwarmingspomp zijn. Als de pomp niet werkt, blijft het hele verwarmingscircuit koud en verwarmt de vloerverwarming niet.

Als de warmtebron en de pomp functioneren, kan een te lage systeemdruk ook verantwoordelijk zijn voor de storing. Er is te weinig water in het systeem en de vloerverwarming wordt niet warm. Je kan zelf controleren of er nog voldoende druk op het systeem zit door te manometer van de ketel te controleren. Deze staat meestal op of in de buurt van de ketel staat.

Als de drukmeter een waarde van minder dan 1,0 tot 1,5 bar aangeeft, is er geen verwarmingswater en verwarmt de vloerverwarming niet. Met de vulset vlakbij de ketel (die kan je herkennen door 2 rode of zwarte kraantjes met een metaal gevlochten flexibel ertussen) kan je makkelijk de druk omhoog zetten.

Als de druk echter niet behouden blijft, wijst dit op een groot probleem. Dat hoeft daarom niet meteen te wijzen op een lek in de vloer. Een defect expansievat kan hier evengoed de boosdoener zijn.

Als je merkt dat de verwarming ongelijkmatig warm is, kan dit te wijten zijn aan verstopte leidingen. Vuil kan zich afzetten op de binnenwanden van de leidingen en belemmert de warmteoverdracht. 

Ongelijkmatig opwarmen kan ook een indicatie zijn dat de vloerverwarming hydraulisch niet gebalanceerd is.

Of een hydraulische balancering van de vloerverwarming nodig is, kan je zelf onder meer aan de volgende symptomen bepalen:

  • sommige ruimtes in huis blijven koud of warmen minder goed op
  • de vloerverwarming koelt niet af
  • een vrij hoge aanvoertemperatuur (> 40°C) van de verwarming is noodzakelijk

Als je één of meerdere van bovenstaande situaties herkent dan maak je best een afspraak zodat we samen je vloerverwarming kunnen nakijken. 

Afspraak maken

Contacteer mij en verzeker jezelf van een correcte uitvoering van de werken. Via onderstaand formulier kunnen we afspreken om tot de beste oplossing te komen.

Categories: Installatie